Pups
Pups kunnen hun lichaamstemperatuur de eerste weken nog niet goed op
peil houden. De eerste week moet de temperatuur in hun directe
omgeving +/- 32 graden Celsius zijn. Dit is te controleren door een
thermometer tussen de pups te leggen (liefst geen kwikthermometer).
Als het in de nestkist niet warm genoeg is kun je met een warmtelamp
of een verwarmingsdeken de temperatuur verhogen.
De fraaiste oplossing is een nestkist met
gedeeltelijke vloerverwarming; de pups kunnen dan de warmte opzoeken
en de teef kan een koeler plekje opzoeken. Maar ook een kruik onder
een handdoek is een goede manier om de pups lekker warm te houden.
Een te lage temperatuur heeft als gevolg dat de pups veel energie
nodig hebben om warm te blijven, waardoor snel hun energievoorraad
aangesproken wordt. Daardoor zullen ze vermageren en tenslotte
onderkoeld raken. Je ziet dan dat ze minder of zelfs helemaal niet
meer bewegen. Daardoor eten ze minder, waardoor hun toestand al snel
achteruit gaat en zullen ze uiteindelijk doodgaan. (Dit komt veel
vaker voor dan men in de gaten heeft!).
Bijvoeren
Pups moeten vanaf de geboorte direct in gewicht toenemen.
Gelijk blijven of zelfs gewichtsverlies betekent dat de pups
onvoldoende melk opnemen en dit kan al binnen korte tijd dodelijk
zijn.
Ook al heeft de teef voldoende melk dan is dat nog geen garantie dat
de pups ook voldoende binnen krijgen. Daarom moeten de pups in de
eerste levensweek dagelijks gewogen worden.
Bestaat er een vermoeden van ondertemperatuur of te weinig melk dan
moeten de pups twee keer per dag gewogen worden. Pups van kleine
rassen groeien minimaal 10-20 gram per dag, pups van grote rassen
30-60 gram per dag.
Bij minder of geen groei moet u contact opnemen met uw dierenarts en
de pups snel gaan bijvoeren.
Bijvoeren kan gebeuren met een zuigflesje, maar in ernstige gevallen
kan het veileiger en makkelijker met een maagsonde. Als voeding moet
een hondenmelk vervangend preparaat gebruikt worden. Koemelk,
geitenmelk en dergelijke hebben een andere samenstelling en zijn
niet geschikt.
Een vuistregel voor de hoeveelheid melk is 150 ml per kg pup per
dag, vers bereid over 8 voedingen.
Een pup van 3 ons moet dus 150 x 0.3 = 45 ml per dag hebben, dus 8
voedingen van +/- 6cc. Groeit de pup weer dan kunt u langzaam gaan
afbouwen.
Na 9-14 dagen gaan de oogjes open en vanaf 3-4 weken kunt u beginnen
met de pups bij te voeren, eerst met wat (brinta)pap, dan
puppy-blikvoer of geweekte puppybrokjes.
Ontwormen en inenten
Ontwormen moet enkele malen herhaald worden en kan op 3, 6 en 9
weken leeftijd. Vergeet niet om ook de moeder dan te ontwormen om de
kans op herbesmetting te verkleinen.
Eventueel kunnen de pups met 6 weken de eerste keer worden ingeënt
met de pupenting, maar die is niet écht nodig. De definitieve
vaccinatie wél op 9-10 weken en die moet op 12-14 weken herhaald
worden.
Teef
Na de bevalling vloeit de teef nog enige tijd. De uitvloeiing is de
eerste dagen vaak groenig, dit is normaal. Later verandert de kleur
van chocoladebruin of rood naar rose. Meestal stopt het ongeveer na
10 dagen.
De uitvloeiing mag nooit onfris ruiken of zelfs stinken.
De eerste weken na de bevalling heeft de teef erg veel water en
voedsel nodig om voldoende melk voor de pups te kunnen maken. Zorg
er daarom voor dat ze altijd over verse brokken en schoon drinkwater
kan beschikken. Blikvoeding en vlees zijn minder geschikt omdat ze
veel water bevatten, waardoor uw teef wel erg veel moet eten on
genoeg energie binnen te krijgen.
De behoefte aan voer kan, zeker bij een groot nest, oplopen tot zo'n
3 tot 4 x de normale hoeveelheid voer als de pups maximaal drinken
en groeien (3e - 5e week). Het is beter de hoeveelheid eten voor de
moeder te verdelen over meerdere maaltijden per dag omdat ze zich
anders kan overeten of de hoeveelheid niet op kan. Als de moeder de
porties niet opkrijgt of ze valt toch nog af, kunt u haar een voer
geven met een verhoogd energiegehalte om aan de verhoogde behoefte
te voldoen. Gaan de pups goed zelf eten, dan de hoeveelheid eten van
de moeder verminderen omdat zo anders te dik wordt.
De dierenarts - Wanneer is zijn/haar hulp nu nodig?
- als de pups onvoldoende groeien.
- als er sterfte onder de pups is.
- als de moeder ziek is, abnormale uitvloeiing heeft of onvoldoende
aandacht voor de pups heeft (eclampsia puerperalis).
- als de pups ingeënt of ontwormd moeten worden.
- als u vragen of opmerkingen hebt